Fantastische Verhalen

De fantastische verhalen die in kloostercollecties worden aangetroffen, getuigen van de creativiteit en verbeeldingskracht waarmee schrijvers in de afgelopen vijf eeuwen hun verkenningen van de wereld vormgaven en trachtten te begrijpen hoe en waarom mensen daarin functioneren. Fantastische verhalen bieden een manier om te experimenteren met verschillende mogelijkheden: hoe de wereld eruit zou kunnen zien en welke wezens haar zouden kunnen bewonen, hoe samenlevingen gestructureerd zouden kunnen zijn, welke vermogens een individu zou kunnen bezitten, of hoe het zou zijn om te leven in een wereld waarin magie echt bestaat. 

Sommige fantasieverhalen zijn oorspronkelijk geschreven ter lering en vermaak van kinderen: voor het plezier of om hen een morele les bij te brengen. Fantasie kon echter ook dienen als een krachtig middel voor politieke satire: schrijvers kregen de mogelijkheid om actuele politieke kwesties en politieke onrust te verplaatsen naar een denkbeeldige samenleving, waarin ze deze toch konden bekritiseren Het feit dat religieuze orden ook deze wonderlijke, en toch filosofisch gelaagde verhalen waardig achtten om te verzamelen, toont hun toewijding aan het verkennen van verschillende wereldbeelden, theologieën en theorieën – zelfs bovennatuurlijke. Fantasie is daarmee niet altijd een vlucht uit de werkelijkheid, maar soms juist ook een bron van inzicht, hoop en inspiratie. Het laat zien dat verbeeldingskracht altijd een onmisbare metgezel is van kennis en geloof. Deze werken, of ze nu uit kloosterlijke collecties afkomstig zijn of niet, weerspiegelen daarmee bij uitstek de menselijke drang om voorbij de grenzen van het denkbare te reiken.  

Tijdlijn

Dubbelklik op elk element om het Wikidata-item te bekijken.